Het thema ”de grenzen van leven” wint momenteel snel aan actualiteit.
Ik heb 5 essays, op persoonlijke titel, geschreven met het doel uw denken te prikkelen en nieuwe perspectieven te bieden.
U vindt hieronder de inleidende paragraaf van elk van de essays. Door ”verder lezen” aan te klikken kunt u het gehele essay lezen.
Ik wens u veel ”food for thought” in deze essays toe!
Prof. Dr. (em.) René Tissen (1955) was tot aan zijn pensionering hoogleraar bedrijfskunde aan Business Universiteit Nyenrode in Breukelen. Naast vele publicaties op het gebied van de kenniseconomie, kennismanagement en kennisorganisaties, heeft hij veel gepubliceerd over de mens-machine relatie en over spiritualiteit in bedrijven en organisaties.
Essay 1. Over de oorsprong van leven
Onder de titel ‘Verborgen Verleden’ verschijnt in de periode 2010-2020 bij de publieke omroep een reeks interessante televisieprogramma’s waarin de stamboom wordt nagepluisd van bekende persoonlijkheden uit kunst, wetenschap en cultuur. Het is boeiende en bij tijd en wijle zelfs spannende verstrooiing voor de geest. Hoe leuk is het om als bekende Nederlander te ontdekken dat je familie teruggaat tot bijvoorbeeld de 10de eeuw? Erg leuk lijkt mij. Het komt immers zelden voor dat zo ver kan worden teruggegaan in de vaststelbare geschiedenis van bloedverwante personen -uiteraard vanwege het ontbreken van betrouwbare bronnen- en roept daardoor ook telkens weer de vraag op naar wie er daarvoor komen. Is er ergens een beginpunt van leven?
Essay 2. Zijn wij mensen, mensen?
Naarmate wij mensen ouder worden dient zich bij velen van ons het moment van ‘de grote vraag’ aan, namelijk naar de zin en onzin van het leven en de dood en naar het tijdelijke, versus het eeuwige dat ons allemaal te wachten staat in wat doorgaans ‘het grote niets’ wordt genoemd. Deze vraag is door de eeuwen heen talloze keren gesteld en vanuit elk denkbaar perspectief al weleens belicht, maar nooit in eensluidende concluderende zin beantwoord. Dat zal ook nu niet het geval zijn. Tot een aannemelijke, breed gedragen, verklaring over het leven en de dood zal het in dit essay niet komen. Sterker nog, naarmate de technologisering van de wereldsamenleving vordert- een proces van digitale insluiping dat zich al vanaf het einde van de 20ste eeuw in een steeds hogere versnelling voordoet- neemt de onzekerheid over wie wij mensen zijn en wat wij op aarde doen -in plaats van elders- hand over hand toe. Zijn wij mensen, mensen?
Essay 3. Over de Vrije Wil van Mensen en Machines.
De fascinatie van ‘echte’ mensen voor het nabootsen en nabouwen van ‘namaak’ mensen in de vorm van intelligente autonome artefacten, is vrijwel van alle tijden maar krijgt rond het einde van de 20ste eeuw een krachtige impuls. In Europa is onder meer veel aandacht voor het noëtica-onderzoek van de neurobioloog Edelman, die in deze toekomstgerichte einde-eeuw periode, vergevorderd is met het bouwen van een zogenaamde perceptiemachine: …”waarvan het zenuwstelsel wordt gesimuleerd in een supercomputer en de echte ogen en motoriek zich bevinden in een schepsel dat in een andere ruimte woont…”.
Essay 4. Buitenaards Leven: Vergezocht of Veelbelovend?
De mogelijkheid dat er buitenaards leven bestaat dat op enig moment een werkbezoek aan de aarde zal brengen, hetzij in de rol van agressor-kolonisator, dan wel als vriendschappelijke ontwikkelingswerkers ter leniging van onze technologische kennisachterstand, behoort nu nog tot het rijk der fabeltjes. Maar de vraag is voor hoe lang nog?
Essay 5. Eeuwig Leven
Dat de bevolking in de westerse wereld dankzij goede gezondheidszorg en innovatieve medische technologieën en behandelingen, gemiddeld genomen steeds ouder wordt, is een onmiskenbare trend die zich inmiddels vast in de verwachtingspatronen van mensen heeft genesteld. Ga je nu vroeg dood dan heb je verkeerd geleefd of gewoon pech gehad. We kijken er al lang niet meer van op als iemand 100 jaar wordt. Nog veel ouder worden? De vraag is of we dat moeten willen. Eeuwig leven? De meeste mensen moeten er niet aan denken. In ieder geval nog niet. Ouder worden hangt van clichés aan elkaar. De belangrijkste is wel dat als tachtig jaar het nieuwe zestig is en zestig jaar het nieuwe veertig, we qua lichaam kennelijk steeds ouder worden, maar qua geest steeds jonger. Wie oud is en daarvoor uitkomt, berooft zichzelf eigenlijk van een gelukkig leven.